Baby

Spelen bij het kinderdagverblijf

Als leidster op een kinderdagverblijf heb ik het vaak gezien: hoe moeilijk het is voor ouders om hun kindje de eerste keren achter te moeten laten op de opvang. En nu werd ik zelf moeder. Een werkende moeder. En dus zou ik het zelf ook gaan ervaren. Hoe was dat voor mij? En hoe deed Demi het?

Zorgen vooraf

Er waren best wel wat dingetjes waar ik me vooraf druk over maakte. Allereerst: hoe moest ik het gaan doen met voedingen? Thuis gaf ik borstvoeding op verzoek en aangezien er geen inhoudsmeter op mijn borsten gemonteerd zit, had ik geen idee hoeveel ze per voeding binnen kreeg. Ik heb telefonisch contact gehad met het consultatiebureau en het advies was om om de 3 á 4 uur een flesje van 130cc aan te bieden. Dat betekende dat ik in principe 3 voedingen per dag voor haar nodig had. Tijdens de werkdag zou ik zelf ook minimaal twee keer kolven, dus mochten ze nog meer nodig hebben, dan konden ze die afgekolfde voeding ook nog gebruiken. Maar tot nu toe is dat nooit nodig geweest. De voedingen zijn inmiddels wat meer geworden (140/150cc) en hier doet ze het prima op.

     – De eerste dagen, toen Demi nog niet in slaap wilde vallen in bed. –

Ook maakte ik me zorgen om hoe ze zou reageren op de veranderingen rondom het slapen. Thuis sliep Demi ingebakerd en strak ingestopt onder een dekentje+lakentje. Maar op de opvang gebruiken ze geen dekentjes of lakentjes en voor het inbakeren had ik een machtiging moeten tekenen. Het meest ideale was als Demi gewoon zou leren slapen in een slaapzak, maar ik kon me niet voorstellen dat ze dat zo opeens zou doen. Af en toe probeerde ik haar namelijk zonder inbakeren weg te leggen of zonder haar in te stoppen, maar als ze dan überhaupt in slaap viel, was het voor korte duur. Ik zag het al helemaal voor me dat mijn kleine meisje gewoon niet zou slapen op de opvang. Maar Demi bewees het tegendeel en liet mij zien hoe grote meid ze eigenlijk al was, want een aantal dagen voordat ze naar de opvang zou gaan, sliep ze zonder inbakerdoek, zonder dekentje of lakentje en in een slaapzakje. Zo van de ene op de andere dag.

– Samen met andere kindjes spelen in de tuin. –

Een paar uurtjes wennen

Demi was ongeveer 10 weken oud toen ik weer aan de slag moest en zij dus naar het kinderdagverblijf zou gaan. Eerst een keer een paar uurtjes wennen. Ik zou dan even de stad in gaan om wat zomerse kleertjes voor haar te gaan scoren. We kwamen binnen, deden de overdracht en Demi leek het allemaal geen probleem te vinden. Ik liep de deur weer uit en toen ik net buiten stond hoorde ik toch een klein huiltje. “Snel doorlopen Wendy, voorbij dat raam, niet meer kijken…” Terug in de auto moest ik toch even wat traantjes wegslikken.

In de stad leek de tijd tergend langzaam voorbij te gaan. Ik voor mijn gevoel al heel uitgebreid gewinkeld en nog was het geen tijd om haar op te gaan halen. Dan maar een broodje eten bij Bakker Bart. Ondertussen kreeg ik via WhatsApp berichtjes over hoe het ging met Demi. Ze had goed gedronken, maar naar bed wilde ze niet. “Valt ze thuis wel gewoon zelf in slaap?” Ja, thuis wel, maar dit was natuurlijk niet thuis. Ik kreeg er ook nog een foto bij. Kon aan haar gezichtje/oogjes zien dat ze flink gehuild had. Uiteindelijk was ze in de armen van de leidster in slaap gevallen en hadden ze haar op bed kunnen leggen. Wat een geruststelling. Toen ik haar op ging halen, sliep ze nog steeds.

– Nu al super populair bij de andere kinderen. –

En nu voor het echie

Na die paar uurtjes wennen, ging het echte werk beginnen. Ik moest weer hele dagen gaan werken en Demi moest dus hele dagen na de opvang. Dat slapen is de eerste dagen echt een dingetje geweest. Ze leek de slaapkamer helemaal niks te vinden en wilde daar niet zelf in slaap vallen. En waar ze zich thuis prima kon vermaken in de box, vond ze dat ook niet heel erg leuk op de opvang. Ze was gewoon het liefst bij de leidsters in hun armen.

Maar naarmate ze vaker was geweest, raakte ze meer gewend aan de opvang. Ze kan zichzelf nu prima vermaken in de box of in de wipper. En wanneer ze moe is en op bed wordt gelegd, gaat ze gewoon lekker slapen. Ze doet korte slaapjes op de opvang: zo ongeveer een uurtje en dan is ze er weer klaar mee. Thuis slaapt ze al gauw anderhalf tot twee uur. Maar ach, ze is verder vrolijk tussendoor en die slaap haalt ze dan thuis wel weer in. Uiteindelijk heeft haar ‘moeilijke’ periode misschien maar 2 á 3 weken geduurd.

– De juffies vonden Demi super zelfstandig: zelf de fles vasthouden. –

Mijn huisgenootje

Demi zit op het kinderdagverblijf waar ik zelf ook werk. Alleen werk ik op de ene groep en zit zij op de andere. Wij noemen de kindjes liefkozend onze huisgenootjes en Demi is dus ook mijn huisgenootje. En dat heeft zo zijn voordelen. Haar leidsters zijn ook mijn collega’s, dus ik ken die meiden goed. Ik weet hoe ze werken. Dat voelt vertrouwd. Daarnaast, als er wat aan de hand is, ben ik maar een paar meter van haar vandaan. Stel nou dat ze bijvoorbeeld een keer zou weigeren om uit de fles te drinken (kan gebeuren met een borstvoedingskindje), dan had ik makkelijk even zelf kunnen voeden. Tot nu toe is het nog nooit nodig geweest, maar het geeft wel een stukje rust. En het grootste voordeel: ik zie haar tussen het werken door af en toe en hoef haar dus niet echt helemaal te missen. Buiten spelen gebeurt op een gezamenlijk plein, de kinderwc’s bevinden zich tussen de twee groepen in en we lopen als collega’s geregeld bij elkaar op de groep om dingen te overleggen, te lenen of weg te leggen.

– “Pak maar mijn neus!” Gezellig spelen met de andere kindjes. –

Maar soms is het ook niet fijn. Bijvoorbeeld toen ze in één van die eerste weken een keer ontzettend overstuur was. Ik stond samen met de kinderen van mijn groep buiten te wachten tot we naar de speeltuin konden gaan. Het was warm en de deur naar buiten stond op Demi haar groep open. Ik kon haar dus luid en duidelijk horen. Toen had ik het er echt even moeilijk mee. Het liefst wilde ik naar binnen rennen om haar over te nemen en te troosten. Maar dat kan natuurlijk niet zomaar. Ik moet het dan kunnen loslaten. Maar dat is dan makkelijker gezegd dan gedaan. Gelukkig heeft Demi zulke momenten zelden tot nooit.

Toppertje

Inmiddels gaat ze al bijna 10 weken naar de opvang en ze doet het hartstikke goed. Ze is vrolijk, kan zichzelf prima vermaken in de (grond)box of een wippertje en drinkt netjes haar flesjes leeg. Door de kortere slaapjes op de opvang is haar ritme daar een beetje anders, maar daar heeft zij / hebben wij verder geen last van. Ik merk dat ze zich steeds meer op haar gemak voelt op de opvang en dat vind ik echt super fijn. Ook haar ‘juffies’ vinden dat ze het super goed doet en dat ze zo snel gewend was.

Mijn meisje. Ik ben zo trots op haar. De jongste op de opvang en nu al een toppertje!

Vorige artikel Volgende artikel

Dit vind je misschien ook wel leuk

1 Reactie

  • Reageer Zo simpel is dan geluk 30 juli 2017 op 16:00

    Fijn dat het goed gaat. Wat ziet ze er vrolijk uit. 🙂
    Zo simpel is dan geluk heeft onlangs geplaatst..Zo simpel is dan geluk #41

  • Laat een reactie achter

    CommentLuv badge